De Labrador is van oorsprong een apporteerhond die tijdens de jacht wordt gebruikt om het geschoten wild terug te brengen naar de jager en dat zo snel mogelijk.
Hiervoor moet de hond bepaalde kenmerken en kwaliteiten hebben.
Hij moet “steady zijn op post” (= op zijn plaats blijven tijdens de jacht en oplettend zijn), een goede neus hebben (moeilijk vindbaar wild kunnen zoeken), een zachte mond hebben (het wild mag niet beschadigd worden) en de hond moet ook een grote will to please hebben (de natuurlijke aanleg om te willen werken).
Deze will to please voor zijn/haar baas, vaak in moeilijke omstandigheden, is typerend voor de Labrador. Het is net deze eigenschap dat enorm gewaardeerd wordt bij deze prettige, sociale en sportieve hond.
Om al deze onmisbare karaktereigenschappen niet te verliezen, motiveert de werkcommissie om deze kwaliteiten tijdens trainingen verder te ontplooien en worden er ook wedstrijden georganiseerd.
Doorheen het jaar worden er workingtesten (dummy’s) en veldwedstrijden (wild) georganiseerd in België.
Ook kan de werkcommissie u adviseren over het werken/beginnen werken met uw hond.
Werkcommissie :
Bart Vangoidsenhoven
Filip Bollen
Dave Imbrechts
Kristie Deckers
Steven Ooms
Diederik Brutsaert